Contact | |||||
Pers | |||||
Geschiedenis | |||||
Wie is wie | |||||
Partners | |||||
Sponsors | |||||
Zaalverhuur | |||||
Boeken | |||||
Links | |||||
E-zine | |||||
Vacatures | |||||
Vrijwilligers & jobstudenten |
VAN PLAYMOBILMANNETJE TOT MAGNETISCH ALFABET, VAN STEEKNAGELS TOT LEGO EN
VAN POP TOT BLOKKENDOOS.
Voor zijn boek ‘Mijn allermooiste speelgoedwoordenboek’
haalde Pieter Gaudesaboos heel wat inspiratie uit het Speelgoedmuseum. Hij
selecteerde het mooiste speelgoed van vroeger en nu en gaf er zijn eigen interpretatie
aan.
Pieter Gaudesaboos (1979) studeerde vormgeving en fotografie. In 2003 debuteerde hij als prentenboekenmaker met 'Roodlapje', en haalde daarmee meteen de shortlist van de Gouden Uil. Ondertussen is zijn prijzenkast al goedgevuld. In 2007 kreeg hij een Pluim voor 'Pistache' en een Boekenwelp voor 'Hoe oma plots verdween.' 'Linus', een boek dat hij samen met Mieke Versyp en Sabien Clement maakte, was goed voor de derde Boekenpluim én De Gouden Uil Jeugdliteratuur 2008.
Wat is je favoriete speelgoed?
Pieter: “Ik ben uit pure nostalgie een erg grote Fisher-Price fan. Niet
in de nieuwe vormgeving, maar de ‘oude’ Little People. Zoals het
schaapje op de kaft of de brandweerwagen, de trein, de kip en het haantje
in het boek. De figuren zijn schitterend vorm gegeven, degelijk gemaakt en
tijdloos.”
Hoe ben je op het idee gekomen om een speelgoedwoordenboek te ontwerpen?
Pieter: “Dat gebeurde als vanzelf. Ik wou eigenlijk een boek maken over
designvoorwerpen. En na veel lampen, stoelen en tafels heb ik de zoektocht
wat opengetrokken en ben ik ook gaan kijken naar productdesign. Omdat het
een boek zou worden voor kinderen had ik een Playmobilmannetje getekend, en
eentje van Lego. Ik had gehoopt in het Speelgoedmuseum nog een drietal extra
speelgoedstukken te vinden voor mijn designcollectie, maar het aanbod was
zo overweldigend dat ik een tweede reeks begonnen ben. Uiteindelijk stond
ik met de speelgoedreeks veel verder dan met de designreeks, dus toen ben
ik die eerste verder gaan uitwerken, met ‘mijn allermooiste speelgoedwoordenboek’
als resultaat. Het was voor mij een droom om zelfstandig in het archief te
mogen snuisteren en dagenlang te fotograferen. Thuis heb ik ze dan één
voor één nagetekend.”
Als je uit je speelgoedwoordenboek 5 objecten moest uitkiezen, welke
zou je dan kiezen en waarom?
Pieter: Voor het boek heb ik wat ‘gespeeld’ met de voorwerpen.
Een mooi stuk speelgoed resulteert niet per se in een mooie tekening. Ik heb
gemerkt dat vaak de kleinste en minst spectaculaire speelgoedstukken de mooiste
tekeningen geworden zijn. Dit is dus niet mijn selectie van mooiste speelgoedstukken,
wel van mooiste tekeningen:
1. brandweer << Het is een mooi verweerd stuk speelgoed,
prachtig vorm gegeven, perfect in zijn eenvoud en het maakt me vrolijk. Dit
is een van de eerste tekeningen die ik gemaakt heb voor dit boek. Het werkt
goed in combinatie met de achtergrondkleur.
2. hert >> Dit was een heel klein goedkoop hertje van plastiek. Het was niet mooi afgewerkt, het plastiek in het gewei was uitgelopen, maar wel een hele mooie houding. Ik heb er vanalles mee geprobeerd, maar pas toen ik er een zwarte achtergrond bij plaatste en er de sneeuwvlokjes op tekende was ik tevreden met het resultaat.
3. robot <<Dit ontdekte ik in het museum tussen veel
grotere en spectaculaire robots. Dit robotje zit mooi in elkaar, en met zijn
armpje in de lucht en doffe ogen lijkt hij je wel te begroeten. Ik heb de
kleuren wat feller gemaakt en er een bloemenpatroon op de achtergrond bij
geplaatst.
4. stier >> Dit is een voorbeeld van hoe een lelijk stuk speelgoed een mooi beeld oplevert. De vorm was mooi, maar het materiaal goedkoop en slecht afgewerkt. Door er een patroon van te maken op een felle roze achtergrond, wordt het heel sfeervol en dynamisch.
5. konijn << Hier was ik direct verliefd op. Er zit
zoveel droefheid in dit beeld en is opnieuw perfect in zijn eenheid. Ik vind
dat ik de verweerde houtstructuur goed heb kunnen nabootsen in deze illustratie.
Waarom zouden ouders dit voor hun kind moeten kopen?
Pieter: “Het is een boek voor alle leeftijden. Peuters en kleuters kunnen
er woorden uit leren, oudere kinderen ontdekken er zelf hun eigen verhaal
in, en voor ouders en grootouders is het een ontdekkingstocht naar speelgoed
uit hun eigen jeugd. Het is een attractief en kleurrijk boek, dat zowel in
de kinderkamer als op de livingtafel kan liggen.”